Type: | position |
Andere namen: | vertaling: Rector Magnificus vertaling: Recteur |
Periode: | 25/09/1817-... |
Functies: | Artikel 23 van het Koninklijk Besluit van 23 oktober 1967 omschrijft en actualiseert de bevoegdheden van de rector: 1. de rector is voorzitter van de academieraad en de raad van beheer, die hij ook samenroept 2. de rector voert de beslissingen uit betreffende de inrichting van plaatsvervangingen 3. de rector schrijft de studenten in op de rol, hij ondertekent mee de academische diploma’s en reikt diploma’s uit voor geaggregeerde voor het hoger onderwijs, speciaal doctor en doctor honoris causa 4. de rector vertegenwoordigt de universiteit bij openbare plechtigheden 5. de rector vertegenwoordigt de universiteit in de instellingen en groeperingen tot bevordering van het wetenschappelijk onderzoek 6. de rector leidt de sociale dienst voor studenten en behandelt kwesties die betrekking hebben op studentenverenigingen 7. de rector is belast met de academische politie 8. de rector voert de beslissingen uit van de Raad van Beheer die niet voorbehouden zijn aan de ondervoorzitter 9. de rector waakt erover dat de leden van het onderwijzend personeel regelmatig hun cursussen geven. In artikel 7 van de Wet 24 maart 1971 worden de rectorale bevoegdheden aangevuld: 1. de rector is voorzitter van de Raad van Beheer en van het (nieuwe) Vast Bureau 2. de rector zorgt voor het voorafgaandelijk onderzoek van de punten van academische aard welke aan de raad of het Vast Bureau worden voorgelegd 3. de rector zorgt voor de uitvoering van de beslissingen van academische aard, goedgekeurd door de Raad van Beheer en het Vast Bureau |
Geschiedenis: | De rectorale functie wordt in de Wet van 25 september 1816 in de artikelen 184-192 ingericht. De ambstperiode neemt één jaar in beslag en wordt jaarlijks op 1 oktober aan een andere faculteit doorgegeven. De academische senaat maakt daarvoor een lijst op waarbij per faculteit twee professoren voor het ambt van rector voorgedragen worden. De koning benoemt de rector magnificus (art 184). Bij het neerleggen van het ambt spreekt de aftredende rector een Latijnse rede uit, die opgenomen wordt in de academische annalen. De toespraak bevat een overzicht van wat er het afgelopen jaar aan de universiteit was gebeurd en een beknopte biografie van professoren overleden in het voorbije jaar, met vermelding van hun publicaties. De rector heeft meerdere bevoegdheden: 1. De rector roept de academische senaat samen en is tevens voorzitter van het orgaan 2. De rector staat aan het hoofd van de academische politie. Hij had het recht om studenten op te roepen, te ondervragen en te berispen, huisarrest op te leggen of in hechtenis te nemen. In het laatste het geval was hij verplicht om binnen de 24 uur de commissie van rector en assessoren op de hoogte te brengen, die zich zouden beraden over het al of niet opheffen van het arrest en /of de te nemen maatregelen 3. De rector kreeg het grootzegel en de academische scepters in bewaring De rector wordt steeds begeleid door een pedel met scepter. Bij bijzondere academische plechtigheden wordt hij geflankeerd door twee pedellen met scepter. Voor de uitvoering van zijn functie heeft de rector recht op een aantal financiële vergoedingen (o.m. inschrijvingsrecht op de rol, vergoeding voor promoties enz.). Ondanks en stijlbreuk met de voorgaande periode verandert er weinig aan de functie van de rector door het Koninklijk Besluit van 3 december 1835. Het rectorale mandaat blijft behouden op 1 jaar en er zijn enkele bevoegdheidswijzigingen: 1. De rector roept de academieraad en assessorenraad samen 2. is belast met het afhandelen van lopende zaken, waarvoor hij het advies kan inwinnen van het college van assessoren (art.19) 3. houdt toezicht op het regelmatig geven van de lessen door de professoren. 4. schrijft de studenten in op de rol 5. maant de studenten aan tot goed gedrag en tot zinvol gebruik van hun studietijd 6. is het hoofd van de academische politie Het Koninklijk Besluit van 9 december 1849 voorziet enkele wijzigingen. Het rectorale mandaat wordt verlengd tot 3 jaar en is hernieuwbaar (art.12). De rector wordt bevoegd voor alle academische aangelegenheden: 1. kan het advies inwinnen van het college van assessoren (art 26) 2. is hoofdzakelijk belast met het toezicht (en aanwezigheid) over professoren en studenten (het toezicht op het personeel en het materiële beheer behoort tot de prerogatieven van de beheerder-inspecteur) 3. schrijft de studenten in en wijst hen op hun plichten 4. is het hoofd van de academische politie en als dusdanig houdt hij het gedrag van de studenten in het oog die hij ook kan bestraffen De Eerste Wereldoorlog schudt de Gentse universiteit grondig door elkaar en heeft impact op de rol van de rector. Van 1921 wordt de rector voorzitter van de Beheerscommissie van het Universiteitsvermogen (tot 1971). Bovendien staat een equipe ‘rectorat’ klaar die de rector ondersteunt bij de uitvoering van de taken. Onder het rectoraat vallen de ontvanger van de academieraad, die ook fungeert als secretaris, één opsteller en twee pedellen. De Wet van 28 april 1953 schaft onder meer de functies van beheerder-inspecteur en van ontvanger van de academieraad af. Dezelfde wet brengt het rectorale mandaat op 4 jaar. De koning benoemt de rector nu uit een lijst van drie hoogleraren voorgedragen door de academische raad (art. 6). De rector fungeert nog steeds als voorzitter van de Academieraad en voert diens beslissingen uit. De algemene leiding van de universiteit berust bij hem, net als de uitvoering van de academische aangelegenheden die niet tot de bevoegdheden van de academieraad behoren. Als voorzitter van de Raad van Beheer voert hij de raadsbesluiten uit die niet zijn voorbehouden aan de ondervoorzitter. Artikel 23 van het Koninklijk Besluit van 23 oktober 1967 omschrijft en actualiseert de bevoegdheden van de rector: 1. de rector is voorzitter van de academieraad en de raad van beheer, die hij ook samenroept 2. de rector voert de beslissingen uit betreffende de inrichting van plaatsvervangingen 3. de rector schrijft de studenten in op de rol. Hij ondertekent mede de academische diploma’s en reikt diploma’s uit voor geaggregeerde voor het hoger onderwijs, speciaal doctor en doctor honoris causa 4. de rector vertegenwoordigt de universiteit bij openbare plechtigheden 5. de rector vertegenwoordigt de universiteit in de instellingen en groeperingen tot bevordering van het wetenschappelijk onderzoek 6. de rector leidt de sociale dienst voor studenten en behandelt kwesties die betrekking hebben op studentenverenigingen 7. de rector is belast met de academische politie 8. de rector voert de beslissingen uit van de Raad van Beheer die niet voorbehouden zijn aan de ondervoorzitter 9. de rector waakt erover dat de leden van het onderwijzend personeel regelmatig hun cursussen geven. In artikel 7 van de Wet 24 maart 1971 worden de rectorale bevoegdheden nogmaals aangevuld: 1. de rector is voorzitter van de Raad van Beheer en van het (nieuwe) Vast Bureau 2. de rector zorgt voor het voorafgaandelijk onderzoek van de punten van academische aard welke aan de raad of het Vast Bureau worden voorgelegd 3. de rector zorgt voor de uitvoering van de beslissingen van academische aard, goedgekeurd door de Raad van Beheer en het Vast Bureau Die uitbreiding van bevoegdheden weerspiegelt zich geleidelijk in de uitbreiding van de rectorale administratie: het aantal pedellen verdubbelt, er komt ook een aantal voorzieningen voor studenten (een sociale dienst voor studenten, kamerdienst, vanaf 1954 een dienst bevoegd voor restaurants en homes, eind jaren 50 een dienst public relations die vanaf 1966 uitgroeit tot de dienst culturele aangelegenheden en public relations. Begin de jaren 70 komt een Dienst Onderwijzend Personeel (voorbereiding van de dossiers voor de aanstelling, bevordering van docenten en professoren) en een Dienst Studiën en Studenten (inschrijvingen, programma’s enz.), waaronder ook de pedellen vallen. De Dienst Onderwijzend Personeel, de Dienst Studiën en Studenten en de drukkerij in de jaren 1975-1989 samengebracht in de Dienst voor Academische Aangelegenheden. Er wordt een Dienst Betwiste Zaken opgericht, die in 1983 wordt overgeheveld naar de Diensten van de administrateur. In 1973 worden de rectorale diensten aangevuld met het Universitair Studiebureau. Vermits door het Bijzonder Decreet van 26 juni 1991 de Academieraad afgeschaft werd, moest ook de verkiezingsprocedure voor de rector (en vicerector) aangepast worden. Beiden worden nu gekozen door een kiescollege, samengesteld uit de leden van de faculteitsraden en van de raden van de daarmee gelijkgestelde organen van de universiteit. Het kiescollege beraadslaagt over de ingediende kandidaturen en draagt bij geheime stemming één kandidaat voor elke functie voor. De uiteindelijke benoeming gebeurt door de Vlaamse regering. De ambtstermijn blijft vier jaar en is éénmaal hernieuwbaar. De STeR-hervorming maakt een einde aan de opsplitsing Rectorale Diensten versus Centrale diensten. De volledige administratie wordt hervormd tot acht directies, die onder een directeur komen te staan en deze directeurs zullen onder de beheerders staan. Het Bijzonder Decreet van 13 juli 2012 wijzigt de benoemingsprocedure van rector en vicerector (art 5). Beiden worden benoemd door de zetelende Raad van Bestuur, op voordracht van een kiescollege dat voor elke functie twee kandidaten voordraagt. Daarbij moet rekening worden gehouden met nieuwe voorschriften inzake evenredige vertegenwoordiging van de beide geslachten. Het kiescollege draagt per functie een man en een vrouw voor, en rector en vicerector zijn vanaf nu van verschillend geslacht. Bij de eerstvolgende rectorverkiezingen in 2013 wordt voor het eerst in de geschiedenis van de UGent een vrouwelijke rector verkozen: Anne De Paepe. Het mandaat van de rector blijft 4 jaar geldig. Elienne Langendries, Archivaris UGent, 2017 |
Rector: | van Rotterdam, Jean-Charles - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1817-1818) |
Cassel, François - Faculteit Wetenschappen (1818-1819) | |
Hellebaut, Jean Baptiste - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1819-1820) | |
Schrant, Johannes - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1820-1821) | |
Verbeeck, François Egide - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1821-1822) | |
Garnier, Jean Guillaume - Faculteit Wetenschappen (1822-1823) | |
De Ryckere, Pierre - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1823-1824) | |
Raoul, Louis Vincent - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1824-1825) | |
Kesteloot, Jacques Louis - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1825-1826) | |
Hauff, Johann - Faculteit Wetenschappen (1826-1827) | |
Haus, Jacques-Joseph - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1827-1828) | |
Lammens, Pierre - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1828-1829) | |
Kluyskens, Joseph - Faculteit Wetenschappen (1829-1830) | |
van Breda, Jacques - Faculteit Wetenschappen (1830-1831) | |
Warnkönig, Léopold - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1831-1832) | |
Verbeeck, François Egide - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1832-1833) | |
Haus, Jacques-Joseph - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1833-1834) | |
Haus, Jacques-Joseph - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1834-1835) | |
Haus, Jacques-Joseph - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1835-1838) | |
De Rote, Philippe - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1838-1839) | |
Kluyskens, Joseph - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1839-1840) | |
Timmermans, Alexis - Faculteit Wetenschappen (1840-1841) | |
Nelis, Isidore - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1841-1842) | |
Rassmann, Georg - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1842-1843) | |
Van Coetsem, Charles - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1843-1844) | |
Margerin, Marie Charles Désiré Hippolyte - Faculteit Wetenschappen (1844-1845) | |
Minne-Barth, Jean - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1845-1846) | |
Roulez, Joseph - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1846-1847) | |
Verbeeck, François Egide - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1847-1848) | |
Manderlier, Eloi - Faculteit Wetenschappen (1848-1852) | |
Lefebvre, Hubert - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1852-1855) | |
Serrure, Constant Philippe - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1855-1857) | |
Roulez, Joseph - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1857-1864) | |
Haus, Jacques-Joseph - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1864-1867) | |
Andries, Charles - Faculteit Wetenschappen (1867-1870) | |
Fuerison, Joseph - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1870-1873) | |
Soupart, Floribert - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1873-1879) | |
Callier, Albert - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1879-1885) | |
Kickx, Jean-Jacques - Faculteit Wetenschappen (1885-1887) | |
Wolters, Gustave - Faculteit Wetenschappen (1887-1891) | |
Motte, Adhémar - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1891-1894) | |
Van Cauwenberghe, Charles - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1894-1897) | |
Van Wetter, Polynice - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1897-1900) | |
Van der Mensbrugghe, Gustave - Faculteit Wetenschappen (1900-1903) | |
Thomas, Paul - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1903-1906) | |
Leboucq, Hector - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1906-1909) | |
De Brabandere, Victor - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1909-1912) | |
Schoentjes, Henri - Faculteit Wetenschappen (1912-1915) | |
Hoffmann, Peter - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1916-1918) | |
Speleers, Reimond - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen - waarnemend (1917-1918) | |
Schoentjes, Henri - Faculteit Wetenschappen (1918-1919) | |
Fredericq, Paul - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1918-1919) | |
Pirenne, Henri - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1918-1921) | |
Eeman, Eugène - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1921-1923) | |
Heymans, Jan Frans - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1923-1924) | |
Van den Bossche, Georges - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1924-1927) | |
De Bruyne, Camille - Faculteit Wetenschappen (1927-1929) | |
Meuwissen, Jules - Faculteit Wetenschappen (1929-1930) | |
Vermeylen, August - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1930-1933) | |
Bessemans, Albert - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1933-1936) | |
Fredericq, Louis - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1936-1938) | |
Haesaert, Jean - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1938-1939) | |
Goubau, René - Faculteit Wetenschappen (1939-1941) | |
Baur, Frank - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte - waarnemend (1940) | |
Haesaert, Jean - Faculteit Rechtsgeleerdheid - waarnemend (1940) | |
De Smet, Guillaume - Faculteit Wetenschappen (1940-1944) | |
Goubau, René - Faculteit Wetenschappen (1944) | |
Blancquaert, Edgard - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1944-1947) | |
Goormaghtigh, Norbert - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1947-1950) | |
Kluyskens, Albert - Faculteit Rechtsgeleerdheid (1950-1953) | |
Gillis, Jan - Faculteit Wetenschappen (1953-1957) | |
Lambrechts, Pieter - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1957-1961) | |
Bouckaert, Jean-Jacques - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (1961-1969) | |
Vandepitte, Daniël - Faculteit Ingenieurswetenschappen en Architectuur (1969-1973) | |
Devreker, André - Faculteit Economie en Bedrijfskunde (1973-1977) | |
Hoste, Julien - Faculteit Wetenschappen (1977-1981) | |
Cottenie, André - Faculteit Bio-Ingenieurswetenschappen (1981-1985) | |
De Meyer, Leon - Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (1985-1993) | |
Willems, Jacques - Faculteit Ingenieurswetenschappen en Architectuur (1993-2001) | |
De Leenheer, André - Faculteit Farmaceutische Wetenschappen (2001-2005) | |
Van Cauwenberge, Paul - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (2005-2013) | |
De Paepe, Anne - Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (2013-2017) | |
Van de Walle, Rik - Faculteit Ingenieurswetenschappen en Architectuur (2017) | |
Actoren: | hoofd van: Kabinet van de Rector hoofd van: Universiteitsdiensten hoofd van: Beheerscommissie Universiteitsvermogen heeft link met: Ontvanger van de Academieraad |
Archieven: | Archief professor André Cottenie Archief professor André Devreker Archief professor Leon De Meyer Documenten professor Jules Meuwissen Archief Kabinet van de Rector Archief professor Jean Haesaert Bronnen voor het inschrijven van studenten Briefwisseling en brievendossiers beheerders van de universiteit 1816-1940 Archief professor Jean-Jacques Bouckaert Archief professor Jan Gillis Archief professor Norbert Goormaghtigh |
Thema's: | voert uit: Inschrijven van studenten voert uit: Uitreiken van eredoctoraten Openen van het Academiejaar |
Websites en socials: | Rector, geraadpleegd op 30/09/2022. |
Bronnen: | "Règlement sur l’organisation de l’enseignement supérieur dans les provinces méridionales du royaume des Pays-Bas, 25 septembre 1816." Nothomb, Jean-Baptiste. Etat De L'instruction Supérieure En Belgique. Rapport Présenté Aux Chambres Législatives Le 6 Avril 1843, deel I. Bruxelles, Em. Devroye, 1844, p. 294-296. "Loi organique de l’enseignement supérieur en Belgique, 27 september 1835." Nothomb, Jean-Baptiste. Etat De L'instruction Supérieure En Belgique. Rapport Présenté Aux Chambres Législatives Le 6 Avril 1843, deel II. Bruxelles, Em. Devroye, 1844, p. 1003-1005. "Arreté royal portant reglement pour l’execution de la loi organique de l’enseignement supérieur, 3 december 1835." Nothomb, Jean-Baptiste. Etat De L'instruction Supérieure En Belgique. Rapport Présenté Aux Chambres Législatives Le 6 Avril 1843, deel II. Bruxelles, Em. Devroye, 1844, p. 1020-1021. "Arrêté royal organique du 9 décembre 1849." Beckers, Léon. L'enseignement Supérieur En Belgique. Code Annoté Des Dispositions Légales Et Réglementaires, Précédé D'une Notice Historique Sur La Matière. Bruxelles, Castaigne, 1904, p. 24-25. "Wet betreffende de inrichting van het hoger onderwijs in de Rijksuniversiteiten, 28 april 1953." Belgisch Staatsblad, 1 mei 1953, p. 1-2. "Koninklijk besluit houdende het algemeen reglement voor de rijksuniversiteiten en de rijkuniversitaire centra, 23 oktober 1967." Belgisch Staatsblad, 27 januari 1968. "Wet tot wijziging van de wet van 28 april 1953 betreffende de inrichting van het universitair onderwijs door de Staat, gewijzigd door de wet van 9 april 1965 houdende diverse maatregelen voor de universitaire expansie en van de wet van 5 juli 1920 tot toekenning van rechtspersoonlijkheid aan de Staatsuniversiteiten Gent en Luik, 24 maart 1971." Belgisch Staatsblad, 16 september 1971, p. 10663-10667. "Bijzonder decreet betreffende de Universiteit Gent en het Universitair Centrum Antwerpen, 26 juni 1991." Belgisch Staatsblad, 29 juni 1991. De Winter, Sofie. Het archief uit de centrale administratie van de Universiteit Gent en de overdracht ervan naar de archiefdienst. Onuitgegeven masterproef, Vrije Universiteit Brussel, 1996. |
Citeren: | Archief Universiteit Gent, Rector, AU0001 |